Eigen schuld.
Het regende. De trein reed een station binnen. Op het perron zag ik een vrouw staan met een verzopen kapsel.
Twee minuten later kwam de vrouw bij me zitten. Ik ergerde me nu al aan haar, omdat verderop in de coupé nog lege plaatsen genoeg waren. Ik voelde dat het niet veel goeds kon betekenen.
Niet alleen haar haar was nat. Van top tot teen was ze doorweekt. Het kon me niet schelen. Ze keek niet of ze er moeite mee had en haalde een verwaande hand door haar haar, alsof er nog iets van te maken was.
Ik vroeg me af hoe lang het zou duren voor ze iets ging doen waar ik me kapot aan zou gaan ergeren. Niet lang, was mijn volgende gedachte, toen ze vrijwel direct een pakje kauwgom tevoorschijn toverde. Ik had zin om meteen op te springen en weg te lopen. Maar ik besloot haar een kans te gunnen.
En het viel mee. Maar toch bleek mijn voorgevoel te kloppen. Toen er controleurs in de trein stapten, nam ze haar portemonnee. De controleurs kwamen echter niet onze kant op. Schijnbaar bracht dat haar op het idee eens grote schoonmaak te houden in het ding. Ze opende een vakje en er kwamen een stuk of vijftien bus- en treinkaartjes tevoorschijn. Ze bekeek ze één voor één. De meesten werden vervolgens zorgvuldig doorgescheurd, om de twee helften op elkaar te leggen en nogmaals doormidden te scheuren. Daarna legde ze de stukken op de bank naast haar.
En jawel, natúúrlijk vond ik dat irritant. Rats, rats. Ik keek naar haar uitgelopen mascara en dan weer naar de groeiende stapel snippers naast haar. Uiteindelijk naar buiten om er niet op te letten. Maar het liefst had ik die prullen met geweld in haar toch al mislukte kapsel gefrot.
Naarmate het volgende station naderde, ging ze steeds sneller werken. Ze scheurde de laatste kaartjes door toen we al bijna stil stonden. Haastig grabbelde ze de snippers bij elkaar, maar ééntje viel op de grond. De trein stond stil en de deuren gingen open. Zuchtend raapte ze de snipper op. Ze zag niet, dat ze daarbij een volgende liet vallen en ik gunde haar de kans één stap te zetten in de richting van de deur.
‘Mevrouw, u verliest iets.’
Ik wees op het stukje papier op de vloer. Ze keek me geërgerd aan, griste het van de grond en ging toen half rennend de trein uit.
Moet je maar niet zo vervelend zijn.
Leuk geschreven. :)
Maar zo vervelend is dat toch niet? :P
Kan toch behoorlijk irritant zijn,
Moet zeggen dat ik op zijn tijd van rust houd ;)
Liefs
Als je iemand al irritant vindt als hij/zij instapt (en ik geef toe, daar kon ze niet veel aan doen, al had het zeker geholpen als ze was doorgelopen) is het zéker irritant als diegene papiertjes gaat zitten verscheuren :O
haha, ik vrees dat je een baaldag had, want zó ontzettend irritant lijkt de vrouw niet. maar als er nog andere plekjes vrij zijn had ze wel evengoed ergens anders kunnen gaan zitten. achja
Ik vind dingen al snel vervelend. Zo snel, dat ik het vervelend vind van mezelf :P Maarja, wat doe je eraan?
Hahaha! Oh, dan vind je mij waarschijnlijk ook heel vervelend in de trein :P Ik heb soms ook wel eens de neiging om van alles uit mijn tas uit te pakken, uit te zoeken en te bestuderen hehe. Ga dus maar niet tussen Veenendaal en Amsterdam reizen!
Haha, voorlopig niet in ieder geval. Maar bestuderen mag hoor. Scheuren wordt vervelend :P
Sorrrry ik verwaarloos je weblog :-O Maar ik houd natuurlijk wel heel erg van treinstukjes, dit stukje ook.
:P
Ugh ja, ik herken het. Ook al doet diegene niet iets heel irritants, het kan wel zeer ergerlijk worden. Laatst was ik bij een oude mevrouw die haar kunstgebit steeds rechtklikte of zo. Alsof ze kauwgom aan het kauwen was, maar dan met klikgeluiden. Hoe vaker zij dat deed, hoe harder ik mijn kaken op elkaar moest drukken om niet in geschreeuw uit te barsten.
Gelukkig zijn er nog mensen die mij begrijpen ;)